Koninklijke aandacht voor de Vereniging
Koningin Emma
De speciale band met de Vereniging begon al bij de oprichting in 1894. De verenigingsvorm werd een juridisch feit op 29 mei 1894, toen de statuten bij Koninklijk Besluit werden goedgekeurd. Dit gebeurde door Koningin Emma, Regentes namens de jonge Prinses Wilhelmina. De inkomsten van de jonge Vereniging bestonden uit jaarlijkse bijdragen door contributies van de lezers en giften. Een van de eerste giften kwam van H.M. Koningin Emma. Ruim vijftig jaar later mocht de Nederlandsche Blindenbibliotheek (zoals de vereniging toen nog heette) een bedrag ontvangen van het Prins Bernhard Fonds, waarvoor een flinke partij braillepapier werd gekocht.
Prinses Beatrix
Het volgende Koninklijk bezoek, in 1964, zou in het teken staan van de techniek. De braillebibliotheek had naast braille nu ook het gesproken boek in de productie en de uitleen. In dat jaar was er iets bijzonders aan de hand: de Vereniging bestond 70 jaar, de bibliotheek zelfs 75 jaar, het pand aan de Noordwal was uitgebreid met nieuwbouw om plaats te bieden aan het nieuwste snufje der moderne techniek; tientallen blinkende en draaiende bandrecorders. H.K.H. Prinses Beatrix stelde, door middel van een druk op de knop de bandapparatuur waarmee gesproken boeken en tijdschriften snel konden worden geproduceerd, in werking. Behalve de Prinses waren ook de Commissaris van de Koningin in Zuid-Holland, Mr. J. Klaasesz, de burgemeester van Den Haag, Mr. H.A.M.T. Kolfschoten en drs. H.J.M. van der Laar, Staatssecretaris van het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen aanwezig. Door de aanwezigheid van deze Staatssecretaris op 25 mei 1964 weten wij nu wat de Prinses droeg tijdens haar bezoek. In de archieven van de vereniging ligt een verslag van dit bezoek gemaakt door de afdeling voorlichting van het Ministerie waarin staat: ‘Alvorens met een rondgang door de nieuwe bedrijfsruimte te beginnen, stelde Prinses Beatrix, die gekleed was in een crème deux-pièces met een kanten hoedje van dezelfde kleur, door een druk op de knop het reproductie-apparaat in werking, dat de kort tevoren gehouden toespraken op de geluidsband zal vermenigvuldigen. Aan het eind van de rondgang werd de Prinses een van deze bandjes als herinnering overhandigd. Omstreeks 16.00 uur verliet prinses Beatrix de Nederlandse Blindenbibliotheek’. Het bezoek van de Prinses was groot nieuws en haalde alle landelijke dagbladen.
Prinses Margriet
De medewerkers van de Nederlandse Blindenbibliotheek moesten wachten tot 1979 voor het volgende Koninklijk bezoek. Toen kwam namelijk H.K.H. prinses Margriet op bezoek. De Prinses kwam die dag samen met mevrouw Ahidjo, de vrouw van de President van Kameroen voor een rondleiding door het onlangs nieuw geopende gebouw van de Blindenbibliotheek aan de Haagse Zichtenburglaan.
Prinses Margriet toonde zich zeer geïnteresseerd in het werk dat op de bibliotheek werd verricht. Zij was onder de indruk van de afdeling reproductie, waar met grote snelheid honderden cassettes tegelijk werden gereproduceerd.
Beschermvrouw Koningin Juliana
In 1955, een jaar na het 50-jarig bestaan van de Vereniging, krijgt het toenmalige bestuur van de Blindenbibliotheek gevestigd aan de Noordwal te Den Haag een aangename verrassing. Zij ontvangt de mededeling dat H.M. Koningin Juliana het voornemen kenbaar heeft gemaakt het beschermvrouweschap van de Nederlandsche Blindenbibliotheek op zich te willen nemen.
Datzelfde jaar nog, op 15 juni, komt Hare Majesteit hoogstpersoonlijk langs om haar betrokkenheid bij het werk voor blinden te tonen. Zij maakte bij deze gelegenheid kennis met het bestuur en het personeel en kreeg een rondleiding door de bibliotheek. De heer Van Rossem, de toenmalige directeur, beschreef zijn indrukken van dit koninklijk bezoek als volgt: ‘Hare Majesteit de Koningin had buitengewoon veel belangstelling voor de diverse alfabetten welke voor de verschillende taalgebieden zijn ingesteld. Er ontwikkelde zich een geanimeerd gesprek over Chinees, Arabisch, Latijn en Griekse talen’. De Koningin kreeg demonstraties van de verschillende brailleertechnieken en het inbinden van de braillebanden, zoals dat destijds gebeurde.
Het voor die tijd enorm grote en moderne gebouw was nog niet officieel geopend, want dat zou een jaar later gebeuren door de Beschermvrouwe prinses Juliana op 26 juni 1980. In de archieven bevindt zich een boekje met foto’s van deze dag en de toenmalige waarnemend directeur, de heer Hans Doove, schreef in het Ten Geleide:
‘Met een gevoel van dankbaarheid en trots mogen wij terugzien op deze dag en wij hopen dat u die gevoelens met ons kunt delen wanneer u deze reportage bekijkt. Een historisch hoogtepunt in de geschiedenis van de Nederlandsche Blindenbibliotheek’. De Beschermvrouwe (zij was net afgetreden als Koningin en voerde de titel Prinses) was ook aanwezig bij het opspelden van de onderscheiding ‘Gouden Handjes’ bij de vrijwillige medewerkers die zich voor de bibliotheek hadden nuttig gemaakt. Als verrassing kreeg ook de Prinses voor haar betrokkenheid bij het blindenbibliotheekwerk, de ‘Gouden Handjes’ (met diamant) opgespeld. Prinses Juliana toonde opnieuw veel belangstelling voor het brailleerwerk en de nieuwste technieken op het gebied van het gesproken boek.
Tijdens haar bezoek aan de geselecteerde werkruimten doorbrak ze het strakke protocol en sprak zij ook het overige personeel aan, dat op de achtergrond stilletjes doorwerkte met vragen als: ‘En wat doet u nu voor werk mevrouw?’ en: ‘Wat is er achter die gesloten deur?’ Na de rondleiding werd op haar verzoek tijd vrijgemaakt voor gesprekken met genodigden en medewerkers, bij wie zij door haar oprecht geïnteresseerde en informele gedrag een onuitwisbare indruk achterliet. In het in 1987 verschenen boek ‘Lezen gaat ongezien: 100 jaar lectuurvoorziening aan blinden en slechtzienden en de rol van de Nederlandsche Blindenbibliotheek daarbij’ schreef prinses Juliana vanuit haar persoonlijke ervaringen met de blindenbibliotheek het volgende Ten Geleide:
‘De collectie van brailleboeken die de Vereniging “De Nederlandsche Blindenbibliotheek” in de loop van vele tientallen decennia heeft opgebouwd, heeft in belangrijke mate bijgedragen aan de integratie van de visueel gehandicapten in de maatschappij. De uitvinding van de bandrecorder in de jaren vijftig stelde de NBB in staat zijn dienstbaarheid aan de samenleving aanzienlijk uit te breiden door middel van het gesproken boek. Boeken op geluidsband betekenden een verrijking in het leven van mensen voor wie het lezen van gedrukte boeken moeilijk was en is. Blinden, slechtzienden, bejaarden, mensen die door ziekte langdurig tot het ziekbed zijn gedwongen, zij allen vonden het genot terug in het lezen. De Nederlandsche Blindenbibliotheek vervult een zeer wezenlijke rol in de levensvreugde van deze groepen mensen. Ik wens deze instelling daarom van harte toe, dat zij haar functie in de komende decennia kan blijven vervullen.’
Bij allerlei grote nieuwe gebeurtenissen werd prinses Juliana steeds betrokken of op de hoogte gesteld. Voorafgaand aan iedere Algemene Ledenvergadering werd er een telegram verstuurd aan de Beschermvrouwe, dat zij altijd keurig beantwoordde om haar steun en betrokkenheid bij het werk te tonen. In 1993 bezochten de voorzitter van het bestuur mevrouw Schilthuis en de toenmalige directeur Jo Dister de Prinses in Soestdijk en overhandigden haar de eerste folder met de titel ‘Weg met de kleine lettertjes’ een landelijke promotie voor het gesproken boek.
Het overlijden van prinses Juliana op 20 maart 2004 op 94-jarige leeftijd werd door de Vereniging als een groot verlies ervaren. Vanaf 1955 tot 2004, bijna een halve eeuw, heeft zij het werk van de blindenbibliotheek ondersteund en zien veranderen.
Lees verder onder onze Beschermvrouw