Gualtherus Johannes Kolff (1846-1917) oprichter Nederlandsche Blindenbibliotheek
Op 31 januari 1846 werd Gualtherus Johannes Kolff geboren in Rotterdam. Zijn vader Johannes Kolff (1799-1868) was koffiemakelaar. Koffie was in die tijd een zeer lucratief handelsobject en de familie was dan ook zeer rijk.
Gualtherus had een zwakke gezondheid en deed daarvoor in 1866 een badkuur in Baden-Baden. Tijdens deze badkuur liep hij een oogontsteking op, die na verloop van enkele jaren volledige blindheid veroorzaakte. Rond 1874 was hij volledig blind.
Zijn blindheid verhinderde hem niet om in Montreux in Zuid-Frankrijk met behulp van het brailleschrift Latijn, Grieks, Italiaans en Spaans te studeren.
In 1887 maakte hij samen met zijn zus Henriëtte een reis naar Parijs en bezocht hij onder andere de blindenbibliotheek aldaar. Dit bezoek had grote gevolgen voor het leven van de familie Kolff en voor het leven van talloze blinden. Hier deed hij het idee op zijn privé-braillecollectie te gaan uitbreiden en daarvan een blindenbibliotheek te maken. Met vrienden, kennissen en familie werd gewerkt aan het uitbreiden van de collectie; zij werden aan het brailleren gezet van bekende boekwerken uit die tijd. Ook werden er brailleboeken uit het buitenland aangekocht. Op 1 januari 1891 kon de organisatie van start gaan onder de naam Stichting de Nederlandsche BrailleBibliotheek. De eerste uitleningen van brailleboeken werden verzonden vanuit Kolffs woonhuis op de Haagse Kerkhoflaan nummer 4. Was de bibliotheek eind 1891 in het bezit van 324 braillebanden, eind 1893 was de bibliotheek 1400 banden rijk: een verviervoudiging in twee jaar tijd.
Foto: oprichter NBB, Gualtherus Johannes Kolff (1846-1917)
In het begin was de Nederlandsche BrailleBibliotheek een particuliere stichting en eigendom van de familie Kolff. Op 29 mei 1894 werd de NBB omgevormd tot een vereniging omdat de oprichter en zijn familie vond dat een particuliere stichtingsvorm te weinig draagvlak vormde voor een organisatie met een zo verregaande maatschappelijke taak. Helaas was de heer Kolff om gezondheidsredenen hier niet bij aanwezig. In artikel twee van de statuten staat de doelstelling van de jonge vereniging te lezen: “De bevordering der intellectueele belangen der blinden in Nederland en daarbuiten.”De middelen die de vereniging daartoe verkoos staan in datzelfde artikel: ‘door het bijeenbrengen en het aan de blinden ter lezing verschaffen van werken, in Braille-schrift ter hunne behoeve vervaardigd’.
In 1897 werd Kolff voor zijn werk onderscheiden met de Orde van Oranje Nassau. Hij bleef directeur tot 1904, toen hij zijn bestuursfunctie overdroeg aan zijn bibliothecaris Joh. H. Ekering. Kolff had, behalve blindheid en doofheid ook ander lichamelijk lijden te dragen gekregen. Hij bewoog zich de laatste jaren van zijn leven voort in een rolstoel. In 1916, bij de viering van het 25-jarig bestaan van de bibliotheek in georganiseerde vorm kwamen veel mensen bijeen om hulde te brengen aan een van de meest actieve mensen op het gebied van de opbouw van het voorzieningenstelsel voor blinden in Nederland. Het jaar daarop, op 14 oktober 1917, stierf Kolff na een leven vol inspanningen ten behoeve van zijn lotgenoten.
Uit: ‘Lezen gaat ongezien” door C.H.C. Frijters 1987